Natuurregels bouwen of slopen
Gaat u (ver)bouwen, verduurzamen of slopen of dichtbij een natuurgebied werkzaamheden uitvoeren? Bent u van plan bomen te kappen? Heeft u overlast van bepaalde diersoorten? Of gaat u andere activiteiten ondernemen waarbij u denkt in aanraking te komen met beschermde soorten? Dan heeft u misschien een vergunning nodig. De Omgevingswet beschermt natuurgebieden, houtopstanden en bepaalde planten- en diersoorten.
Advisering door Omgevingsdienst Veluwe
ODVeluwe adviseert gemeenten over de natuur en de Omgevingswet. Wij adviseren gemeenten onder andere over:
- is beschermde natuur in het geding tijdens bouw- of sloopplannen?
- is onderzoek naar natuurwaarden noodzakelijk?
- aan welke eisen moet ecologisch onderzoek voldoen?
- is een vergunning noodzakelijk voor het uitvoeren van werkzaamheden?
De gemeente is het eerste aanspreekpunt voor de aanvraag van een omgevingsvergunning. De gemeente handelt uw procedure af en vraagt ODVeluwe indien nodig naar advies. U hoeft hier niets voor te doen, behalve de juiste informatie aanleveren bij uw vergunningaanvraag. Welke informatie dat is kunt u overleggen met uw gemeente.
Beschermde plant- en diersoorten
Bij het verwijderen van asbest, het (gedeeltelijk) slopen of bouwen kan schade aan beschermde plant- en diersoorten ontstaan. In en rond woningen en bijgebouwen kunnen verschillende diersoorten leven, zoals uilen, zwaluwen en vleermuizen. Deze dieren wonen vaak onder het dak, in de spouw of achter de betimmering. Zwaluwen en vleermuizen vangen insecten en uilen vangen muizen en leveren zo een nuttige bijdrage voor de leefomgeving. Voordat u gaat slopen, bouwen, verbouwen of een plek anders gaat gebruiken, moet u controleren of er geen beschermde soorten verstoord, verjaagd of gedood worden, zoals bijvoorbeeld vogels of vleermuizen. In de vergunningcheck wordt daar via de Beschermde Soorten Indicator (BeSI) informatie over gegeven.
BeSi (Beschermde SoortenIndicator)
BeSi is een hulpmiddel dat inzicht biedt in welke beschermde dier-en plantensoorten er mogelijk op een locatie aanwezig kunnen zijn en wat de verwachte effecten van de geplande werkzaamheden op deze soorten zijn. Na het invullen van de locatie en de werkzaamheden ontvangt de gebruiker een signalerend rapport (voor 400 soorten), maar dit rapport geeft geen vrijstelling om de gewenste werkzaamheden zonder bezwaar uit te mogen voeren. Bij twijfel moet u dit laten onderzoeken door een ecologisch adviesbureau. Wij adviseren om een ecoloog in te schakelen van het netwerk groene bureaus.
Beschermde gebieden
Sommige gebieden hebben een uitzonderlijke waarde voor flora en fauna, zoals Natura 2000-gebieden, het Natuurnetwerk Nederland (NNN) en andere bijzondere natuurgebieden en landschappen. Deze gebieden zijn beschermd door strikte regels om hun unieke biodiversiteit te behouden. De gebieden van het NNN worden in de provincie Gelderland het Gelders Natuurnetwerk (GNN) genoemd.
Als u bouwt, sloopt of andere activiteiten uitvoert in of nabij een beschermd natuurgebied, kan dit schade veroorzaken. Bij grootschalige activiteiten kan zelfs op grotere afstand van het gebied schade optreden. Dit zijn veelal de Europees beschermde Natura 2000-gebieden, waar Europees bedreigde plant- en diersoorten en hun leefomgeving worden beschermd.
Factoren waarmee u rekening moet houden:
In beschermde gebieden zoals Natura 2000 speelt stikstof (ammoniak en stikstofoxiden) vaak een belangrijke rol als bedreiging. Maar stikstof is niet het enige aandachtspunt. Ook andere invloeden kunnen schadelijk zijn, zoals:
- Geluid
- Trillingen
- Licht
- Fysieke verstoring
Het is daarom belangrijk om vooraf zorgvuldig te onderzoeken welke effecten uw activiteiten kunnen hebben op beschermde natuurgebieden en welke regels van toepassing zijn.